geldig

als woordenboektrefwoord:

geldig:
bn. (-er, -st), deugdelijk ; wettig.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

geldig (bn) :
bindend, toegestaan, valabel, valide, van kracht, wettig
geldig (bn) :
deugdelijk, goed, juist
geldig (bn) :
courant, gangbaar
geldig (bn) :
tellend

als synoniem van een ander trefwoord:

aannemelijk (bn) :
aanvaardbaar, acceptabel, begrijpelijk, bespreekbaar, bevattelijk, billijk, geldig, geloofwaardig, overtuigend, plausibel, redelijk, schappelijk, valabel, waarschijnlijk
goed (bn) :
betrouwbaar, bevredigend, bruikbaar, degelijk, deugdelijk, geldig, gepast, geschikt, handig, passend, proper, solide
juist (bn) :
correct, geldig, gepast, geschikt, goed, in orde, passend, precies, recht, zeker, zuiver
wettig (bn) :
geldig, geoorloofd, legaal, legitiem, rechtmatig, rechtsgeldig, wettelijk
recht (bn) :
billijk, echt, geldig, goed, juist, rechtmatig, wettig
courant (bn) :
gangbaar, gebruikelijk, geldig, lopend
valide (bn) :
geldig, rechtsgeldig, van kracht
gangbaar (bn) :
erkend, geldig
overtuigend (bn) :
geldig

woordverbanden van ‘geldig’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

geldig
ongeldig

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.003 c