als woordenboektrefwoord:
als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
als synoniem van een ander trefwoord:
woordverbanden van ‘vat’ grafisch weergegeven
in Charivarius' Een Ander Woord (1945):
in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):
Geen begrip is misschien ruimer dan het begrip vat, dat de ongelijkslachtigste dingen binnen zijne grenzen heeft toegelaten, onder deze ééne voorwaarde, dat zij iets inhouden kunnen. De vaten (borden, schotels, enz.) wasschen. Een wijnvat, reukvat, wierookvat, koelvat, zoutvat, botervat, melkvat, de bloedvaten, enz. Figuurlijk: Vrouwen zijn zwakke vaten; uitverkoren vaten d. w. z. geliefde personen, of menschen tot groote doeleinden bestemd. Een gekuipt houten vat van duizend kilogram inhoudsmaat droeg den naam van ton. Thans wordt het in dezen zin nog als scheepsterm gebruikt. Sommige vaten, in de huishouding in gebruik, noemt men meestal tonnen z. a. de zuurkooltonnen. De pekelton. Soms worden ton en vat voor elkander gebruikt: men kan. b.v. spreken van eene bierton en van een biervat; niet echter van een wijnton.
in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 3, blz. 216:
woorden met een verwante vorm:
bij andere sites:
debug info: 0.002 c