fut

als woordenboektrefwoord:

fut:
v. kracht, energie.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

fut (zn) :
aandrift, bedrijvigheid, daadkracht, doorzettingsvermogen, energie, flinkheid, geestkracht, kloekheid, kracht, lust, opgewektheid, pep, pit, pittigheid, poeder, puf, slagkracht, stootkracht, veerkracht, vitaliteit, vuur, werklust

als synoniem van een ander trefwoord:

kracht (zn) :
druk, dynamiek, energie, flinkheid, force, fors, fut, geweld, gewicht, hardheid, hevigheid, intensiteit, jeu, lichaamskracht, macht, onstuimigheid, pit, sterkte, vaart, vermogen, vuur, waarde, werkvermogen
vuur (zn) :
animo, begeestering, bezieling, drift, elan, enthousiasme, fut, geestdrift, gloed, hartstocht, heftigheid, hevigheid, ijver, inspiratie, inzet, kracht, levendigheid, poeder, spirit, vervoering, vurigheid
energie (zn) :
daadkracht, fut, geestkracht, kloekheid, kracht, ondernemingslust, pep, pit, puf, slagkracht, stootkracht, veerkracht, vitaliteit, voortvarendheid, wilskracht
daadkracht (zn) :
arbeidsvermogen, energie, fut, geestkracht, kloekheid, pep, pit, puf, slagkracht, stootkracht, werkkracht
veerkracht (zn) :
elan, energie, fut, pep, reserve, stuwkracht, weerstandsvermogen, wilskracht
pit (zn) :
energie, fut, geestkracht, jeu, karakter, kracht, leven, ruggengraat
levendigheid (zn) :
beweeglijkheid, dartelheid, fut, temperament, vitaliteit, vuur
vitaliteit (zn) :
beweeglijkheid, energie, fut, levendigheid, levenskracht
poeder (zn) :
fut, leven, levendigheid, vuur
pep (zn) :
energie, fut, veerkracht

woordverbanden van ‘fut’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.003 c