glad

als woordenboektrefwoord:

glad:
bn. bw. (-der, -st).

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

glad (bn) :
gemakkelijk, op rolletjes, probleemloos, rad, vloeiend, vlot, vlug
glad (bn) :
effen, egaal, gelijk, gepolijst, kaal, ongerimpeld, vlak
glad (bn) :
glibberig, slibberig, slijmerig
glad (bn) :
bijdehand, wakker, welbespraakt
glad (bn) :
geslepen, gewiekst, link, sluw
glad (bn) :
vanzelfsprekend
glad (bn) :
totaal
glad (bn) :
sluik
glad (bw) :
helemaal, volkomen

als synoniem van een ander trefwoord:

gewiekst (bn) :
arglistig, bijdehand, doortrapt, gehaaid, geraffineerd, geslepen, glad, handig, leep, listig, slim, slinks, sluw, uitgekiend, uitgekookt, uitgeslapen, wakker
wakker (bn) :
alert, bij de pinken, bijdehand, ferm, flink, glad, helder, kordaat, kwiek, levendig, pienter, pront, sterk, uitgeslapen, vief, vigilant, vinnig, vlug
geslepen (bn) :
arglistig, diplomatiek, doortrapt, gehaaid, geraffineerd, gewiekst, glad, goochem, leep, listig, slim, sluw, uitgeslapen
gemakkelijk (bn) :
eenvoudig, geriefelijk, glad, licht, makkelijk, moeiteloos, ongecompliceerd, probleemloos, soepel, vloeiend, vlot
effen (bn) :
egaal, even, gelijk, gelijkmatig, glad, plat, rimpelloos, strak, uitdrukkingsloos, uitgestreken, uni, vlak
vlak (bn) :
afgeplat, effen, egaal, gelijk, glad, horizontaal, kaal, open, plat, uitgestrekt, waterpas
zalvend (bn) :
glad, liefdoend, poeslief, temend, troostend, vleierig, vroom, zoetsappig
kaal (bn) :
bloot, dor, glad, naakt, onbegroeid, onbehaard, ontbladerd, schraal
vloeiend (bn) :
coulant, gemakkelijk, glad, ongedwongen, vlot
effen (bn) :
egaal, glad, onverschillig, toonloos, vlak
gelijk (bn) :
effen, egaal, glad, pas, vlak
rad (bn) :
glad, rap, snel, vlot, vlug
slibberig (bn) :
glad, glibberig, modderig
gelikt (bn) :
clean, gepolijst, glad
slecht (bn) :
effen, glad
totaal (bw) :
absoluut, finaal, gans, glad, gladweg, helemaal, samen, schoon, straal, vierkant
vierkant (bw) :
compleet, glad, helemaal, totaal
volkomen (bw) :
absoluut, geheel, glad
straal (bw) :
glad, stomweg, totaal

woordverbanden van ‘glad’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

Effen is het tegenovergestelde van hobbelig; glad van ruw; plat van gebogen; vlak van vol hoogten en laagten. Een effen weg. Een gladde kin. Een gladde stijl. Een plat vlak. Het vlakke veld. De vlakke (platte) hand. Oudtijds had ook slecht deze beteekenis; behalve in dialect is het als zeeterm nog in dezen zin in gebruik: slecht water — effen zee. Slecht en recht. Zie ook gemeen en boos.

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 146:

effen, glad, plat, vlak

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

glad
dom, hobbelig, ruig, ruw, stroef

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord
werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0035 c