aanvoeren

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

aanvoeren (ww) :
indienen, inbrengen, uiteenzetten, aanbrengen, voorbrengen
aanvoeren (ww) :
besturen, commanderen, leiden, geleiden, vooropgaan
aanvoeren (ww) :
bevoorraden, leveren, toevoeren
aanvoeren (ww) :
aanhalen

als synoniem van een ander trefwoord:

leveren (ww) :
bezorgen, bieden, afleveren, aanvoeren, bevoorraden, geven, opleveren, overdragen, produceren, brengen, verschaffen, voorzien, verstrekken, afgeven, overleveren, toevoeren, schaffen, fourneren, aanleveren, toeleveren
opperen (ww) :
voorstellen, inbrengen, aanvoeren, aandragen, opwerpen, voorleggen, suggereren, vooropstellen, vooropzetten, te berde brengen, naar voren brengen, aan de hand doen
voorstellen (ww) :
voordragen, raden, aanvoeren, aandragen, adviseren, influisteren, nomineren, voorleggen, opperen, suggereren, voorslaan, proponeren, overreiken
indienen (ww) :
voordragen, inbrengen, overleggen, aanvoeren, aanbieden, neerleggen, voorleggen, overreiken
aanbrengen (ww) :
bijdragen, inbrengen, aanvoeren, leveren, aandragen, verschaffen, contribueren
leiden (ww) :
begeleiden, aanvoeren, regelen, voorop lopen, dirigeren, reguleren
bevoorraden (ww) :
aanvoeren, leveren, toevoeren, ravitailleren, provianderen
besturen (ww) :
aanvoeren, beheersen, regeren, beheren, heersen, mennen
inbrengen (ww) :
indienen, aanvoeren, bijbrengen, opwerpen, opperen
poneren (ww) :
beweren, aanvoeren, stellen, aandragen, postuleren
aandragen (ww) :
bijdragen, inbrengen, aanvoeren, aanbrengen
aanhalen (ww) :
aanvoeren, herhalen, ontlenen, citeren
commanderen (ww) :
aanvoeren

woordverbanden van ‘aanvoeren’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

In alle is de verplaatsing van een voorwerp naar de plaats zijner bestemming het grondbegrip. Zij verschillen slechts naarmate deze verplaatsing geschiedt door middel der handen of door een voertuig. Aanbrengen en aanvoeren laten dit in het midden; het laatste drukt soms meer bepaald uit, dat er veel verplaatst moet worden. Aan sleepen drukt uit dat dit met moeite geschiedt, hetzij het plaats heeft door het met de handen voort te sleepen, of door het met behulp van trekkracht te vervoeren. Bij aandragen wordt bepaald het vervoer door middel van een levend wezen bedoeld.

aanhalen, aanvoeren

Van plaatsen uit schrijvers of van woorden van anderen gezegd. Aanhalen wordt meer gezegd ten opzichte van het vermelden van de woorden van een ander, terwijl aanvoeren wordt gebruikt, wanneer men van de aangehaalde woorden voor het betoog gebruik maakt. Oudtijds was het van gelijke beteekenis als aanhalen, thans is het minder in gebruik. Hij voerde allerlei plaatsen uit oude schrijvers aan om zijne meening te bewijzen. Hij haalde allerlei verzen aan, te pas of te onpas.

bijbrengen, aanvoeren

Wat men bijbrengt moet dienen om aan beweringen, eischen, aanspraken, enz. kracht bij te zetten; wat men aanvoert moet dienen om de waarheid van hetgeen men beweert, of de onjuistheid van hetgeen men bestrijdt, te bewijzen. In: dat kan niet veel bijbrengen tot uwe vrijspraak, staat bijbrengen eenigszins gelijk met helpen. Hier kan aanvoeren er niet voor in de plaats gesteld; wel, in: wat kant gij bijbrengen tot uwe verdediging ?

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 1, blz. 6:

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 277:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

aanvoeren
afvoeren, uitvoeren

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0015 c