bewerken

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

bewerken (ww) :
aanrichten, aanstichten, bewerkstelligen, bezorgen, gedaan krijgen, realiseren, teweegbrengen, veroorzaken
bewerken (ww) :
aanpassen, bearbeiden, behandelen, bereiden, bijwerken, editen, fatsoeneren, omwerken, redigeren, uitwerken
bewerken (ww) :
bepraten, druk uitoefenen, lijmen, ompraten, overhalen, overreden
bewerken (ww) :
beeldhouwen, decoreren, versieren
bewerken (ww) :
labeuren

als synoniem van een ander trefwoord:

doen (ww) :
bedrijven, begaan, beoefenen, betrachten, bewerken, bewerkstelligen, bezigen, effectueren, flikken, gedragen, handelen, maken, optreden, plegen, realiseren, uitrichten, uitvoeren, verrichten, vervullen, zich gedragen
teweegbrengen (ww) :
aanrichten, aanstichten, afdwingen, baren, berokkenen, bewerken, bewerkstelligen, bezorgen, geven, leiden tot, oproepen, opwekken, uitlokken, uitrichten, veroorzaken, verwekken, wekken
realiseren (ww) :
actualiseren, bewerken, bewerkstelligen, effectueren, implementeren, ontplooien, presteren, uitvoeren, vervullen, verwerkelijken, verwezenlijken, waarmaken
overhalen (ww) :
bepraten, bewegen, bewerken, lijmen, omhalen, omkopen, ompraten, overreden, overtuigen, persuaderen, verlokken, voor zich winnen
behandelen (ww) :
aanpakken, afhandelen, afwikkelen, bewerken, implementeren, onder handen nemen, opknappen, regelen, verwerken
bijwerken (ww) :
aanvullen, bewerken, bijhouden, fatsoeneren, opknappen, rechtwerken, restaureren, retoucheren
aanpassen (ww) :
bewerken, corrigeren, geschikt maken, passend maken, toesnijden op, vermaken, verstellen
redigeren (ww) :
bewerken, monteren, opstellen, persklaar maken, redactie voeren, samenstellen
uitwerken (ww) :
bewerken, bewerkstelligen, doen, effectueren, maken, uitvoeren, verrichten
fatsoeneren (ww) :
bewerken, bijwerken, in model brengen, modelleren, opknappen, opruimen
overreden (ww) :
bepraten, bewerken, ompraten, overhalen, overtuigen, persuaderen
bewegen (ww) :
aanzetten, nopen, overhalen, overreden, bepraten, bewerken
uitrichten (ww) :
bewerken, doen, uithalen, uitspoken, uitvoeren
arrangeren (ww) :
bewerken, instrumenteren, orkestreren
omwerken (ww) :
bewerken, omspitten, ploegen
adapteren (ww) :
aanpassen, bewerken
uitgeven (ww) :
bewerken, redigeren
labeuren (ww) :
bebouwen, bewerken

woordverbanden van ‘bewerken’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

behandelen, bewerken

Eene wetenschappelijke stof bearbeiden. Behandelen ziet meer op den inhoud, tegenover bewerken, dat meer ziet op den arbeid, aan vorm of voorbereiding besteed. Dat onderwerp is goed behandeld. De rede is met zorg bewerkt.

Iets te weeg, tot stand, ten uitvoer brengen; een denkbeeld, een ontwerp verwezenlijken. Veroorzaken is iets doen plaats hebben of doen ontstaan, er oorzaak van zijn (zie beweegreden). Teweegbrengen wordt meer gebruikt van iets in beweging brengen, dus eene werking of handeling veroorzaken. Bewerken geeft te kennen het planmatig voorbereiden van datgene wat bepaalde gevolgen moet hebben, dat dus iets veroorzaken moet of teweegbrengen, zonder dat nog de bewerker zelf aan het veroorzaken of teweegbrengen behoeft deel te nemen, wat bij uitvoeren bepaald op den voorgrond staat; hij die uitvoert behoeft nog niet de bewerker te zijn. Bewerkstelligen drukt meer de daad der verwezenlijking uit, terwijl men bij uitwerken de gevolgen op het oog heeft. Wie de bewerkers van den Fransch-Duitschen oorlog geweest zijn, ligt nog in het onzekere; maar die hem veroorzaakt hebben, zijn de luchthartige Fransche ministers door hunne roekelooze oorlogsverklaring. Had Mac Molton geen uitvoering gegeven aan het gewaagde plan van Palikao om Metz te ontzetten, de Duitschers zouden de insluiting van Parijs niet hebben kunnen bewerkstelligen. Welke groote achting men Thiers ook toedroeg, zijne rondreis aan de Europeesche hoven in 1870 heeft weinig uitgewerkt. Volbrengen en volvoeren zien op de al geheele uitvoering, waardoor iets tot volkomenheid, althans tot voleindiging wordt gebracht. Mijne taak is volbracht. (Zie afdoen).

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 1, blz. 350:

in Nederduitsche synonymen (1836), band 1, blz. 396:

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0042 c