optreden

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

optreden (ww) :
voorstelling geven, spelen, acteren, performen, concerteren
optreden (ww) :
verschijnen, opdraven, evolueren, postuleren, zich vertonen
optreden (ww) :
handelen, te werk gaan, stappen ondernemen, opereren
optreden (ww) :
zijn, rol vervullen, functie vervullen
optreden (ww) :
zich voordoen, zich manifesteren
optreden (ww) :
gebeuren, voorvallen, geschieden
optreden (zn) :
voorstelling, uitvoering, vertoning, opvoering, performance, toneelvoorstelling, toneeluitvoering, toneelopvoering
optreden (zn) :
gedrag, voorkomen, houding, manier van doen, gedraging, handelwijze
optreden (zn) :
daad, doen en laten, ingreep, methodiek, performance, handelwijze

als synoniem van een ander trefwoord:

doen (ww) :
gedragen, uitvoeren, handelen, optreden, bedrijven, beoefenen, maken, begaan, plegen, verrichten, realiseren, vervullen, bewerken, flikken, betrachten, bewerkstelligen, uitrichten, bezigen, effectueren, zich gedragen
gebeuren (ww) :
gevallen, voorkomen, optreden, verlopen, omgaan, vallen, spelen, plaatsvinden, voorvallen, passeren, geschieden, plaatshebben, toegaan, wedervaren, zich voordoen, zich voltrekken, zich afspelen, plaatsgrijpen
geschieden (ww) :
voorkomen, optreden, omgaan, spelen, gebeuren, plaatsvinden, tot stand komen, voorvallen, passeren, plaatshebben, zich voordoen, zich voltrekken, zich afspelen, plaatsgrijpen
verschijnen (ww) :
optreden, opduiken, zichtbaar worden, uitkomen, opkomen, opdoemen, zich openbaren, voor de dag komen, tevoorschijn komen, aan het licht komen
spelen (ww) :
gevallen, optreden, omgaan, gebeuren, plaatsvinden, voorvallen, passeren, geschieden, zich afspelen
voorkomen (ww) :
zijn, gevallen, optreden, spelen, gebeuren, bestaan, verkeren, voorvallen, geschieden, zich voordoen
dienen (ww) :
werken, optreden, dienst doen, figureren, opereren, functioneren, fungeren, occuperen
spelen (ww) :
zingen, uitvoeren, bespelen, optreden, opvoeren, weergeven, vertonen, voorspelen
opereren (ww) :
werken, handelen, optreden, te werk gaan, functioneren, handelend optreden
handelen (ww) :
optreden, in actie komen, verrichten, doen, te werk gaan, opereren, ageren
zich voordoen (ww) :
voorkomen, optreden, gebeuren, voorvallen, passeren, geschieden, rijzen
fungeren (ww) :
optreden, dienst doen, dienen, functioneren
zijn (ww) :
voorkomen, optreden, gebeuren, voorvallen
gedragen (ww) :
handelen, optreden, zich opstellen
tussenkomen (ww) :
optreden, ingrijpen, bemiddelen
heersen (ww) :
voorkomen, optreden, bestaan
ageren (ww) :
werken, handelen, optreden
evolueren (ww) :
optreden, acteren
uitkomen (ww) :
optreden, spelen
figureren (ww) :
optreden
postuleren (ww) :
optreden
houding (zn) :
gedrag, manieren, optreden, opstelling, standpunt, instelling, stijl, mentaliteit, gesteldheid, attitude, allure, gedraging, handelwijze, habitus, gedragslijn, ingesteldheid, tournure
voorkomen (zn) :
schijn, aanzien, optreden, vorm, gezicht, aanblik, uiterlijk, gestalte, aanzicht, uitzicht, presentie, opzicht, look, habitus, fysionomie, tegenwoordigheid
voorstelling (zn) :
optreden, demonstratie, uitvoering, vertoning, toneel, schouwspel, show, presentatie, opvoering, tafereel, spektakel, manifestatie, performance, kijkspel
methode (zn) :
aanpak, optreden, benadering, manier, systematiek, procedure, werkwijze, systeem, wijze, tactiek, methodiek, procedé, handelwijze
gedrag (zn) :
manieren, optreden, houding, manier van doen, doen en laten, gedraging, handelwijze, habitus, gedragslijn, conduite
show (zn) :
optreden, uitvoering, vertoning, schouwspel, vertoon, tafereel, revue, tableau, performance, kijkspel
daad (zn) :
optreden, werk, praktijk, handeling, actie, streek, prestatie, wapenfeit, verrichting, gedraging
handeling (zn) :
daad, optreden, handgreep, activiteit, actie, werkzaamheid, manoeuvre, verrichting, act
uitvoering (zn) :
optreden, voorstelling, vertoning, voordracht, show, opvoering, vertolking
actie (zn) :
maatregel, daad, optreden, handeling, verrichting, handelswijze
methodiek (zn) :
optreden, methode, systematiek, systeem, handelwijze
politiek (zn) :
optreden, beleid, tactiek, staatkunde, handelwijze
nummer (zn) :
optreden, sketch, act

woordverbanden van ‘optreden’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

woorden met een verwante vorm:

werkwoord

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0025 c